De Spaanse premier Pedro Sánchez heeft “duidelijk en ondubbelzinnig” verklaard dat noch Rusland, noch Israël aan internationale wedstrijden mogen deelnemen zolang de “barbaarsheid” niet ophoudt.
Hij deed deze uitspraak tijdens zijn toespraak in het congres tijdens de vergadering van de socialistische fracties, nadat zondag (14 september 2025) de laatste etappe van de Vuelta Ciclista moest worden afgelast vanwege pro-Palestijnse protesten en protesten tegen de “genocide” van Israël in Gaza.
In dit verband heeft Manos Limpias de regeringspresident voor het Hooggerechtshof aangeklaagd wegens mogelijke aanzetting tot haat, omdat hij de pro-Palestijnse protesten zou hebben gesteund die de Ronde van Spanje hadden onderbroken. Deze zelfbenoemde vakbond heeft maandag een klacht ingediend bij de civiele en strafrechtelijke kamer en deze uitgebreid naar Europarlementariër Irene Montero en Podemos-parlementslid Ione Belarra, die zondag hadden deelgenomen aan de protestbijeenkomst in Madrid.
Daarnaast heeft ook de Vereniging voor Communicatie over het Midden-Oosten (ACOM) een rechtszaak aangekondigd tegen Sánchez en verschillende van zijn ministers. De vereniging had al een rechtszaak aangespannen bij het Nationaal Gerechtshof om de protesten tegen de Vuelta te voorkomen, maar deze werd door het hof als onontvankelijk afgewezen.
Manos Limpias beschuldigt de regeringsleider ervan haat te hebben aangewakkerd tegen het Israëlische team IPT (Israel Premier Tech), dat deelnam aan de Vuelta, en spreekt ook van mogelijke verheerlijking van haat en antisemitisme. Bovendien heeft zij aangifte gedaan van een ander mogelijk strafbaar feit, namelijk het aanzetten tot openbare ordeverstoring, nadat bij demonstraties 22 politieagenten gewond waren geraakt en Spanje economische schade en imagoschade had geleden.
Bron: agentschappen
